Dag 25
Een liedje dat je laat lachen. (Claudia
de Breij)
Geduldig wachtte hij tot de zilveren
maan weer even achter de zware wolken verdween.
De dichtbegroeide heg van de immense
tuin gaf hem voldoende beschutting tegen allesziende ogen die
toevallig voorbij kwamen in de rustige villawijk.
Hij wist dat hij snel zou moeten
handelen, niet treuzelen en vooral niet teveel geluid maken.
De maan verzachtte haar stralen en hij
wurmde zich zo snel mogelijk door de heg naar de tuin van de buren.
Hij had het allemaal gezien vanmiddag.
De buurman was met een pakje thuis
gekomen en ineens was de lucht vol kabaal, de hoge tonen die die
bitch van hiernaast uitstootte had hem bijna een gehoorbeschadiging
gegeven.
Hij had geen idee of het van blijdschap
was geweest of van ongeduld, maar het vrouwelijke gegrom kwam van
diep blijkbaar.
Bah, ze was een door en door verwend
nest.
Op hoge poten, met haar neus naar boven
gericht, liep ze altijd door de wijk alsof de lucht die ze inademde
speciaal voor haar werd gefilterd.
In het begin, toen hij hier pas woonde,
had hij nog wel eens geprobeerd om dicht bij haar in de buurt te
komen. Tevergeefs.
Ze keek hem altijd aan alsof hij
zojuist uit een vuilnisbak was gekropen.
Maar vanmiddag had hij haar in
opperste extase een gat zien graven om daar het gekregen voorwerp te
verstoppen. Vanuit zijn eigen kamerraam had hij het vreemde
schouwspel met verbazing zitten bekijken. Zo vuil had hij haar nooit
gezien. Het moest op de een of andere manier echt wel een waardevol
voorwerp zijn. Maar waarom zou ze het begraven?
In elkaar gedoken om zichzelf zo klein
mogelijk te maken sloop hij over het gladgeschoren gazon naar de
groene struiken die achter de klaterende vijver stonden.
Hij wist bijna zeker waar de plek was
en zag tot zijn verbazing het hoopje aarde dat willekeurig terug was
gegooid op het gat.
Vrouwen, niet echt de slimsten
blijkbaar.
Een laatste snelle blik om zich heen.
Niemand in de tuin of op straat zo te horen en te zien.
Met een triomfantelijke blik in zijn
ogen begon hij snel te graven.
Het zand viel in stoffige korrels
rondom hem neer, geen tijd om netjes te werken, jammer dan.
Binnen no time stuitte hij op iets
hards.
Snel pakte hij het voorwerp op en keek
om zich heen.
Plotseling zag hij een miniem
lichtstraaltje vanuit de keuken van het grote huis.
Tussen een spleet in de gordijnen zag
hij de bitch naar hem kijken.
Zijn hartslag maakte overuren, seconden
leken minuten.
Oogcontact.
Hij was betrapt.
Hij zag de woede in haar vurige ogen en
het geluidloze geschreeuw dat ze klaarblijkelijk uit haar lijf
perste.
Triomferend rende hij terug naar de heg
maar hield even stil bij het keukenraam.
Met een spottende blik bekeek hij haar
machteloze razernij, legde zijn buit even op het gras en maakte een
vreugdedansje.
Hij pakte snel zijn gevonden schat op
en rende verder, door de heg, langs de zijkant van zijn eigen huis
naar de openstaande schuifpui en gleed met een noodgang over het
gewaxte parket naar binnen.
Met een grijns nestelde hij zich in
zijn mand en begon verlekkerd aan het bot te knagen.
Ze had gelijk gehad, het was inderdaad
waardevol genoeg om te begraven. Maar de teef zou er nu wel spijt van
hebben dat ze het niet zelf had afgekloven.
©José '13
Geweldig verhaal José, heb ervan genoten. He liedje is ook super
BeantwoordenVerwijderenFijne zondag.
Alaaf yvon
Dank je wel!! Sorry late reactie, mijn internetverbinding was van het padje;-)
VerwijderenHet verhaal en het liedje zijn helemaal leuk, lekker liedje, ik heb even zitten swingen op mijn stoel.
BeantwoordenVerwijderenLiefs
Tanja
Dank je wel! Je krijgt er wel swing-neigingen van inderdaad;-)
VerwijderenGeinig liedje, weer heel wat anders! :)
BeantwoordenVerwijderenZoals je al door had, je kunt met mij alle kanten op (behalve de goeie;-))
VerwijderenHe deze staat er wel op, nu snap ik het dus echt niet meer haha, ben misschien een beetje aan demeteren, aan de carnaval kan het nl niet liggen
BeantwoordenVerwijderen